Biodieren worden goed verzorgd: ze eten biologisch voeder en krijgen voldoende ruimte binnen in de stal én buiten. Zo kunnen ze rustig hun natuurlijke gedrag vertonen: pikken, wroeten, eten, en rustig met hun soortgenoten omgaan.

De voorbije jaren zijn er steeds meer inspanningen geleverd om het dierenwelzijn in de hele productieketen van dierlijk voedsel te verbeteren. In de nasleep van een aantal voedselschandalen groeit de bekommernis bij de consument om het welzijn van dieren. Meer en meer mensen kiezen daarom voor biologisch vlees, eieren en melk. Want biodieren worden goed verzorgd!

Voldoende comfort

Voor de biologische veeteelt zijn er strikte regels over de leefomstandigheden van de dieren. Biodieren leven gemiddeld langer en krijgen dus meer tijd om te groeien. De minimale leefoppervlakte binnen en buiten is per dier nauwkeurig vastgelegd om voldoende comfort te garanderen. Varkens krijgen bijvoorbeeld meer ruimte naarmate ze groeien. Voldoende ruimte heeft een positief resultaat: de dieren vertonen minder stress en meer natuurlijk gedrag, met een hogere weerstand als gevolg.
Minstens de helft van de stal bestaat uit stro zodat de dieren comfortabel kunnen liggen, wroeten en snuffelen. Bij de varkens zorgt het zachte stro ook voor gezondere poten.

Ook typisch bio: alle dieren mogen vrij naar buiten om te grazen, te pikken, te wroeten en vrij te bewegen. Zo kunnen ze fijn hun natuurlijke gedrag vertonen en wordt agressie tussen dieren vermeden. Dankzij deze comfortabele omgeving zijn bijvoorbeeld de varkens meestal rustig. Doordat ze veel in de buitenlucht komen, kunnen ze hun lichaamstemperatuur beter regelen en hebben ze minder last van hittestress. Een kip is eigenlijk een bosvogel, dus buiten vindt ze wat begroeiing heel fijn: dat geeft haar beschutting tegen zon, regen en roofdieren. Doordat ze vrij buiten kunnen scharrelen, blijven de kippen rustiger en zitten ze elkaar niet in de veren.

Bio eet bio

Bio geeft de voorkeur aan robuuste, sterke, lokale rassen die zich kunnen aanpassen aan lokale omstandigheden en resistent zijn tegen ziektes. Je bent wat je eet, dus de dieren krijgen zo veel mogelijk biologische voeding: runderen, schapen en geiten krijgen 100% biologisch ruwvoer; het voer van varkens en pluimvee is 95% biologisch.
Dat voedsel moet ook grotendeels in de regio geteeld zijn. Biologische dierenvoeding mag geen genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s) bevatten. Ook hormonen of stoffen om de groei te bevorderen zijn uit den boze.

Voorkomen is beter dan genezen

Hoe houdt een biologische veeboer zijn dieren gezond? In de biologische veehouderij piekt één richtlijn boven alle anderen uit: ziektepreventie. Om te beginnen gaat de veeboer bewust op zoek naar robuuste dierenrassen die van nature uit beter bestand zijn tegen ziektes en die zich goed kunnen aanpassen aan de lokale omstandigheden.

Als een biodier toch ziek wordt, kan de veearts de meest passende geneesmiddelen voorschrijven - bij voorkeur homeopathische of fytotherapeutische (kruiden en planten) middelen voor, of sporenelementen, vitaminen of mineralen. Met name bij melkkoeien en kippen is zo’n aanpak aangewezen aangezien die dieren continu melk en eieren blijven produceren.

Is er echt geen andere oplossing om het dier te helpen, dan mag de dierenarts toch klassieke geneesmiddelen voorschrijven, waaronder antibiotica. Een klassieke behandeling wordt wel zoveel mogelijk beperkt in bio. In dat geval moet de bioveeboer ook een dubbele wachttijd respecteren (dubbel t.o.v. de wachttijd voor gangbare dieren): het vlees, de melk of de eieren van het dier mogen tijdens de wachttijd niet gebruikt mogen worden voor menselijke consumptie en mogen niet als bio verkocht worden. Zo ben je als consument zeker dat er geen residuen van die medicatie op je bord terecht komen.

Aandacht voor dierenwelzijn

De biowetgeving verzekert dat dieren zo goed mogelijk worden verzorgd. Ingrepen als het knippen van staarten, tanden of snavels en onthoornen (met als doel aggressie en ongelukken te voorkomen) zijn principieel niet toegelaten. Transporten moeten zo kort mogelijk zijn en er mag geen elektrisch dwangmiddel gehanteerd worden (bv. om dieren in een vrachtwagen te dwingen). De sector denkt al enige tijd na over een mobiel slachthuis om de dieren zonder stress te kunnen slachten op de boerderij. En de slacht zelf moet zo snel en pijnloos mogelijk gebeuren.

Meer weten hierover? Hier vind je alle artikels over de biopijler "Vriendelijk voor dieren".