De familie Schelfhout van groentebedrijf Agrico uit Bornem koos er in 2008 voor om hun gangbare bloemkoolbedrijf om te vormen tot een biologisch groentebedrijf. Met succes! Maar welke impact heeft zo’n omschakeling op de manier van werken?
Iets meer dan 10 jaar geleden stonden Frank Schelfhout en zijn vrouw Chris voor een belangrijke keuze over de toekomst van hun bloemkoolbedrijf. Samen zochten ze naar een methode om hun familiaal bedrijf op een gezondere (lees: duurzamere) manier uit te baten. “We dachten: waarom gaan we niet voor dat trapje hoger? En toen zag ik het licht in bio.” Kijk naar het verhaal van de familie Schelfhout:
Teeltrotatie als basis
“Een van de basisprincipes in biologische landbouw is teeltrotatie of teeltwisseling,” legt Frank uit. Teeltrotatie is een natuurlijke manier om ziekten op gewassen te bestrijden. Door de teelt steeds te roteren, krijgt de ziekte geen kans om zich te settelen of uit te breiden.
Voor de familie Schelfhout bracht het principe van de teeltrotatie in bio de grootste verandering teweeg in vergelijking met hun vroegere manier van werken: “Vroeger kweekten wij enkel bloemkool, nu werken we met meerdere gewassen. De oppervlakte van 10 hectare wordt in 4 blokken van 2,5 hectare opgedeeld.” Om de vier jaar zetten ze een bepaalde teelt op één deel: prei, venkel, bloemkool en grasklaver. “We hebben dus vier families teelten. Dat laatste kwart met grasklaver brengt niet rechtstreeks iets op maar levert de broodnodige stikstof voor de grond voor de volgende teeltjaren. Dus één keer in de vier jaar mag een stuk grond met vakantie,” aldus Frank.

Hightech onkruidbestrijding
Een van de grote kopzorgen bij de omschakeling was de onkruidbestrijding, want in bio mag je geen chemisch-gesynthetiseerde insecticiden gebruiken. “We wilden niet de rest van ons leven op handen en voeten door de gewassen kruipen.” Daarom investeerde Agrico in nieuwe machines. Zo hebben ze een speciale GPS-tractor waardoor ze bijzonder nauwkeurig – tot 2 à 3 cm! - kunnen schoffelen. Dankzij het speciale GPS-systeem, dat ook door landmeters gebruikt wordt, kan de machine tot vlak naast hun groenten schoffelen. Er blijft altijd onkruid over dat met de hand wordt gewied, maar de last wordt dankzij deze machines flink beperkt.
Omschakelen: niet van de ene dag op de andere
De omschakeling naar bio was een belangrijke beslissing. Frank Schelfhout stipt aan dat je bij het omschakelen van een gangbaar naar een biologisch bedrijf niet over één nacht ijs mag gaan. “Er zijn niet alleen belangrijke financiële investeringen om te kunnen omschakelen, je moet ook eerst twee jaar biologisch telen voordat je je producten mag verkopen met het label ‘biologisch’.”
Gedurende twee jaar kreeg de het bedrijf dus een lagere prijs voor hun groenten, ondanks de gedane investeringen voor bio. Voor het gezin Schelfhout, met op dat moment drie studerende kinderen, was dit niet evident. Maar doordat Frank kon terugvallen op een tweede inkomen als schepen van leefmilieu en landbouw, was het “nu of nooit”. Zijn schepenambt leverde hem ook veel inspirerende contacten op, waardoor hij zich gesteund voelde in zijn beslissing.
Hij slaagde erin om op twee jaar volledig om te schakelen naar biologische landbouw (sommige boeren verkiezen om het in fases te doen). Dankzij die omschakeling krijgen de Schelfhouts vandaag ook een betere prijs voor hun groenten.

Bio duur?
Bioboer Frank Schelfhout windt er geen doekjes om: “De mensen zeggen altijd ‘Bio is duur’, maar ik vind dat de grootste onwaarheid die er is. Bioproducten hebben een eerlijke prijs. We zijn gewend om veel geld uit te geven aan luxeproducten. Mensen geven bijvoorbeeld met gemak 50-60 euro uit om op restaurant te gaan. Daar kan je wel veel bloemkolen mee kopen waar je lekker en gezond van kunt eten, samen met je familie en vrienden!”
Wat brengt de toekomst voor Agrico?
Frank is heel optimistisch: “Ik geloof heel sterk in bio voor de toekomst. Het voornaamste bewijs is dat mijn dochter Kim in 2014 mee in ons bedrijf is gestapt!” De opvolging is dus alvast verzekerd.